Promotie: Medicijnen en de lever van de kat
Er zijn binnen en buiten Nederland steeds meer katten. Toch zijn er voor deze dieren veel minder diergeneesmiddelen geregistreerd dan voor honden of mensen. Katten krijgen dan ook vaak honden- of mensen-medicijnen. Die leveren nogal eens ongewenste bijwerkingen op. Cyrina van Beusekom onderzocht hoe medicijnen worden omgezet en uitgescheiden in de lever van de kat.
Katten zijn geen kleine hondjes
Verondersteld wordt dat het onderliggende mechanisme voor deze bijwerkingen gelegen is in verschillen in farmacokinetiek: de wijze waarop medicijnen zich ‘bewegen’ in het lichaam. Het meest opvallende verschil tussen kat en hond blijkt de mate van een specifieke reactie te zijn waarin de lever schadelijke stoffen kan omzetten in onschadelijke stoffen: de zogenaamde glucuronideringscapaciteit. De kattenlever heeft een lage glucuronideringscapaciteit, zo ontdekte de promovenda. Een aanpassing van het doseringsregime voor verschillende medicijnen bij katten lijkt dus noodzakelijk. Echter, de specifieke gevoeligheid van de kattenlever voor bijvoorbeeld bijwerkingen van medicatie kan ook worden toegeschreven aan andere mechanismes.
Cyrina van Beusekom promoveert op 29 januari 2015 om 14:30 in het Academiegebouw (Domplein 29) te Utrecht.