In slaap brengen

Anesthesie is het in slaap brengen van een patiënt. Door middel van een anesthesie wordt voorkomen dat uw dier tijdens de behandeling bij bewustzijn is. Het dier merkt dus niets van de operatie.

Pijnbestrijding

Tijdens de anesthesie wordt ook pijnbestrijding toegepast. Dit is om de pijn tijdens en na de behandeling zo veel mogelijk te verminderen.

Stil liggen

Bij bepaalde typen onderzoek of behandeling passen we ook anesthesie toe. Het gaat dan om situaties waarbij het van belang is dat het dier volledig stil blijft liggen omdat de behandeling of het onderzoek anders niet slaagt. Denk bijvoorbeeld aan:

• bestraling
• tandheelkundige behandeling
• het maken van röntgenfoto’s of een CT-scan

Voorbereiding anesthesie

Voor we de anesthesie (narcose) toedienen, krijgt uw dier een injectie met een sedativum (roesje). Dat is een medicijn ter voorbereiding van de anesthesie, waar uw huisdier rustig en minder angstig van wordt.

Anesthesie toedienen

Vervolgens wordt het dier, door middel van een injectie in de poot, onder anesthesie gebracht. Als de patiënt slaapt, wordt er een buisje in de keel gebracht. Door dit buisje dient de anesthesist zuurstof en een slaapgas toe om uw huisdier onder anesthesie te houden. Met behulp van deze methode kan de anesthesist de diepte van de anesthesie heel nauwkeurig bepalen en uw huisdier wanneer nodig beademen.

Bewaking

Tijdens de behandeling is er altijd een anesthesist bij uw dier aanwezig. De anesthesist controleert of uw huisdier goed slaapt en bewaakt de belangrijke functies van het lichaam zoals de hartslag en de ademhaling, maar ook de hoeveelheid zuurstof (O2) in het bloed en koolstofdioxide (CO2) in de uitademingslucht. Indien nodig past de anesthesist de hoeveelheid anestheticum hier op aan.

Uitslaapkamer

Na de operatie brengt de anesthesist uw dier naar de uitslaapkamer. Daar ontwaakt uw dier, onder toezicht van een medewerker van de afdeling Anesthesiologie, uit de anesthesie.

Nazorg

Op de dag zelf en eventueel de volgende dag kan het dier nog sloom zijn en een verminderde eetlust hebben. Dit is op zich niet verontrustend maar het dier moet wel blijven drinken. Neem contact op met de dierenarts als u het niet vertrouwt.

Soms wordt uw dier, direct na de behandeling, opgenomen op één van onze verpleegafdelingen. Dit doen we als uw dier specifieke zorg nodig heeft, bijvoorbeeld voor:

• uitgebreide wondverzorging
• meer pijnstilling

Daarnaast is het soms nodig om:

• de bloedcirculatie en de ademhaling van het dier langere tijd intensief te bewaken
• andere uitgebreide verzorging te bieden; bijvoorbeeld extra zuurstof of sterke pijnstilling

Dan gaat het dier direct naar een speciale bewakingsafdeling: de Intensieve Zorgafdeling of de ZorgPlus afdeling.

De Universiteitskliniek voor Gezelschapsdieren brengt jaarlijks meer dan 3500 dieren onder anesthesie en heeft speciaal opgeleide dierenarts-anesthesisten en anesthesiemedewerkers in dienst. Wij hebben uitgebreide ervaring met het onder anesthesie brengen en pijn behandelen van zowel gezonde als ernstig zieke dieren. Daarbij maken we gebruik van de meest moderne apparatuur die u ook in een ‘mensenziekenhuis’ kunt aantreffen.

Moet mijn huisdier nuchter zijn voor de anesthesie?

Dat geldt alleen voor honden, katten en fretten en is om braken te voorkomen. Praktisch gezien geldt:

Honden

• Honden mogen vanaf 22:00 de avond vóór de anesthesie geen voer, koekjes, snoepjes of plakjes worst meer krijgen, ook niet om ze een pilletje te geven. Water geven mag wel.
• Zij mogen alleen aan de lijn uitgelaten worden op de ochtend/dag van de geplande ingreep. Dit is om te voorkomen dat ze bijvoorbeeld gras eten.

Katten

• Katten mogen geen voer meer krijgen vanaf 22:00, daags voor de anesthesie. Zij moeten de avond vóór de anesthesie al binnen worden gehouden. Snoepjes, plakjes worst e.d. mogen absoluut niet meer aangeboden worden. Dit mag ook niet om ze een pilletje te geven. Water geven mag wel.

Puppies en kittens, jonger dan 4 maanden

• Puppies en kittens, jonger dan 4 maanden, mogen tot 4 uur voor de anesthesie, een lichte vloeibare maaltijd nuttigen in de vorm van een drank of papje. Dus geen brokjes, vlees of ander puppy- of kittenvoer. Water drinken is toegestaan tot een uur voor aanvang van de anesthesie.

Fretten

• Fretten mogen, minstens vier uur voor de operatie, geen voer meer. Het is vaak handig om het voer weg te halen op het moment dat u naar bed gaat. Langer dan vier uur vasten is voor fretten meestal geen enkel probleem. Water geven mag wel.

Andere diersoorten

• Andere diersoorten, zoals konijnen, knaagdieren, vogels en reptielen, hoeven niet nuchter te zijn voor ze onder anesthesie worden gebracht. Tenzij uw dierenarts u anders vertelt.

Is anesthesie wel veilig?

Onze speciaal opgeleide anesthesisten werken met zowel gezonde als met ernstig zieke dieren. Met hun ruime ervaring en geavanceerde apparatuur staan zij garant voor de best mogelijke behandeling voor uw dier.

In het algemeen brengt een anesthesie echter altijd wel enig risico met zich mee, ook bij gezonde dieren en mensen. Daarom krijgt uw huisdier voorafgaand aan de anesthesie eerst een lichamelijk onderzoek. Daarbij wordt onder andere gekeken naar de hartslag en de ademhaling van uw dier. Dankzij dat onderzoek kunnen de anesthesisten de gebruikte anesthesiemiddelen aanpassen aan de individuele behoeften van uw dier.

Gedurende de hele behandeling en tijdens het wakker worden uit de anesthesie blijft er altijd een anesthesist aanwezig bij uw huisdier. Op deze manier kan de anesthesist, indien nodig, de anesthesie direct aanpassen. Door de continue bewaking en zorg beperken we het risico tot een minimum.

Specialisten
Het vakgebied anesthesiologie houdt zich bezig met:

• het gecontroleerd onder anesthesie brengen en weer laten ontwaken van patiënten (inclusief sedatie: ‘het roesje’)
• het toedienen van (lokale) verdovingen
• het verzorgen van kortdurende of langdurige pijnbestrijding

Een (dieren)arts die zich op dit gebied heeft gespecialiseerd heet een anesthesioloog of anesthesist. De anesthesiologen van de Universiteitskliniek van Gezelschapsdieren zijn erkend Europees specialist op hun vakgebied.