Logo Universiteit Utrecht

Universitair Dierenziekenhuis

Kennisbank

Castratie van een gewone hengst

Bij de meeste hengsten zijn de testikels (ballen) afgedaald in het scrotum (de balzak). Zijn de testikels niet of niet volledig afgedaald, dan spreken we van een klophengst. Met wat voor soort hengst we te maken hebben, bepaalt in belangrijke mate de castratieprocedure.

Wanneer een hengst niet gebruikt wordt voor de voortplanting, wordt vaak gekozen voor castratie. Door de ingreep valt de productie van het hormoon testosteron weg. Een gecastreerde hengst (ruin) vertoont daardoor geen ongewenst hengstengedrag meer in de aanwezigheid van merries. Dat maakt het dier dan ook eenvoudiger om in een kudde te houden of op stal te zetten met merries of andere ruinen.

Behandeling

Bij normale hengsten, dat wil zeggen hengsten met twee testikels (ballen) in het scrotum (de balzak), zijn er twee manieren om te castreren:

  • Halfbedekt. Het paard ligt op de zij. De wonden worden niet gehecht waardoor eventueel gevormd wondvocht gemakkelijk weg kan. De halfbedekte methode is een behoorlijk veilige methode bij paarden tot en met 2 jaar oud. Bij oudere paarden is er meer kans op zwellingen.
  • Bedekt over de lies. Hierbij ligt het paard op de rug. De operatie duurt iets langer dan bij de halfbedekte methode. De wonden worden gehecht. Vooral bij oudere paarden geeft deze methode daarom minder complicaties.

De halfbedekte methode is eenvoudiger uit te voeren omdat het paard niet op de rug gedraaid hoeft te worden. Dit is voor het dier ook minder belastend. Het paard kan tijdens de operatie bovendien gemakkelijker zelf blijven ademen. Bij castraties bedekt over de lies is meestal beademingsondersteuning nodig.

U kunt voor een castratie van uw hengst terecht bij de afdeling Heelkunde van de Universiteitskliniek voor Paarden.

Nazorg

Omdat er na een castratie soms complicaties optreden (zwellingen of ontstekingen), wordt het paard na afloop van de castratie altijd voor een periode van drie dagen opgenomen ter observatie. Daarna mag uw paard naar huis (meestal is dat de vrijdagochtend), tenzij het verstandiger is om nog een weekend te blijven. U wordt daarover gebeld.

Eventuele risico’s

Aan elke operatie (dus ook een castratie) zijn specifieke risico’s verbonden. Bij de castratie gaat het dan vooral om zwelling en eventueel een wondinfectie. Door de juiste castratiemethode te kiezen en in een operatiekamer te castreren worden de risico’s zoveel mogelijk beperkt. In het algemeen geldt wel voor alle paardachtigen dat bij narcose (anesthesie) de kans op complicaties iets groter is dan bij andere dieren. Vandaar dat wij het dier voor en na de narcose graag willen kunnen observeren. Lees meer over narcose bij paarden.