Logo Universiteit Utrecht

Universitair Dierenziekenhuis

Kennisbank

Huidaandoeningen door schimmels en gisten

Infectie

Schimmels en gisten kunnen bij hond of kat huid- en vachtafwijkingen veroorzaken. We spreken van een infectie door schimmels of gisten. Een schimmelinfectie is een besmettelijk huidprobleem (ook voor de mens).

Verschijnselen

De verschijnselen van huidaandoeningen veroorzaakt door schimmels zijn:

  • kale plekken;
  • schilfering;
  • ontstekingen;
  • haaruitval.

De verschijnselen van huidaandoeningen veroorzaakt door gisten zijn:

  • kale plekken;
  • schilfering;
  • jeuk;
  • korstvorming.

 

Oorzaken

De oorzaak van een infectie door schimmels of gisten is lang niet altijd te achterhalen. Het kan te maken hebben met een slecht werkend immuunsysteem tengevolge van een ziekte of medicijngebruik.

Schimmelinfectie

Schimmels zijn er in vele soorten. De belangrijkste veroorzakers van huidaandoeningen zijn de schimmels: Microsporum canis en Trichophyton mentagrophytes.

Gistinfectie

Gisten zijn er ook in vele soorten. Een belangrijke veroorzaker van huidaandoeningen is het gist: Malassezia pachydermatis.

Diagnose

Het type huidaandoening bepalen we aan de hand van:

  • een gesprek met de eigenaar
  • een grondig lichamelijk onderzoek
  • een aantal tests

Afhankelijk van de verzamelde informatie voeren we de onderstaande onderzoeken uit om tot een diagnose te komen.

Microscopisch onderzoek parasieten of schimmels

Huid en/of haren worden gecontroleerd op de aanwezigheid van parasieten of schimmels. Voor het microscopisch onderzoek worden er:

  • huidschilfers met een scherpe lepel van de oppervlaktelaag afgekrabd (zonodig tot bloedens toe);
  • haren met een pincet verzameld.

Het verzamelde materiaal; huidschilfers of haren, wordt gemengd met een vloeistof die ervoor zorgt dat het aanwezige materiaal opheldert. Doordat het materiaal opheldert is het beter te beoordelen onder de microscoop.

Vervolgens wordt gekeken of er parasieten of schimmels aanwezig zijn. Bij een verdenking op schimmel wordt er meestal aansluitend een kweek aangevraagd. Een kweek is de meest betrouwbare methode om schimmel vast te stellen en te identificeren.

Schimmel- of bacteriekweek

Om te bepalen of en welk type schimmel of bacterie aanwezig is, sturen we huidmateriaal op naar het Veterinair Microbiologisch Diagnostisch Centrum (VMDC); een gespecialiseerd laboratorium binnen de faculteit Diergeneeskunde. In het laboratorium laat men het materiaal op een speciaal medium groeien: de zogenaamde kweek.

Allergietesten

Om te testen of er sprake is van atopie; een allergie tegen omgevingsfactoren zoals huisstof of pollen, zijn er twee soorten onderzoek nodig:

  • bloedonderzoek; om te zien of een specifieke stof (IgE) aanwezig is in het bloed
  • een priktest; hierbij worden verschillende mogelijke veroorzakers van de allergische reacties in de huid geprikt. Dit gebeurt onder een lichte verdoving zodat uw dier er geen last van heeft. Na 20 minuten wordt gecontroleerd of er een allergische reactie is opgewekt door één of meerdere van de stoffen. We herkennen zo’n reactie aan zwelling en roodheid in de huid.


Dieettesten (voedselallergie)

Om een voedselallergie vast te stellen schrijven we een uitsluitingsdieet (of ‘eliminatiedieet’) voor. Daarmee kan bepaald worden welk voer of welke voedingsstof de allergische reactie veroorzaakt. Voor een betrouwbare uitkomst is het erg belangrijk dat het dieet, gedurende minimaal zes weken, strikt wordt nageleefd.

Cel- of weefselonderzoek

Om tot een betrouwbare diagnose te komen, is soms cel- of weefselonderzoek nodig.

  • Bij celonderzoek wordt, meestal na een punctie, een uitstrijkje, van het te onderzoeken materiaal, gemaakt. Er wordt gekeken naar het type cellen en naar de aanwezigheid van bijvoorbeeld bacteriën of gisten.
  • Bij het weefselonderzoek worden onder verdoving kleine stukjes weefsel, de zogenaamde biopten, uit de huid geboord. Deze wondjes worden gehecht en genezen zonder verdere problemen. De stukjes weefsel worden vervolgens voor verder onderzoek opgestuurd naar het Veterinair Pathologisch Diagnostisch Centrum (VPDC) van de faculteit Diergeneeskunde. Dit onderzoek is onder andere nodig bij een verdenking op auto-immuunziekten of tumoren van de huid. Als er sprake is van een huidtumor verwijzen we de patiënt voor de behandeling door naar de afdeling Oncologie.

Bloedonderzoek en/of urineonderzoek

In sommige gevallen is het nodig om bloed- en/of urineonderzoek te verrichten. Dit doen we om de juiste diagnose te kunnen stellen en/of om vast te stellen of er meer aan de hand is dan alleen het huidprobleem. In dat geval is er soms verwijzing nodig naar de polikliniek Algemene Interne Geneeskunde.

Behandeling

Als bekend is, met welke schimmel of gist we te maken hebben, weten we welke medicatie moet worden toegediend. Vaak zijn met behulp van, bijvoorbeeld een zalfje, de klachten sterk te verminderen.

Voor de behandeling van infecties met schimmels of gisten zijn uitstekende medicijnen beschikbaar. Het komt meestal neer op een behandeling met tabletten in combinatie met wasmiddelen. Daarnaast geldt het advies de patiënt kaal te scheren. Op deze manier is het wasmiddel effectiever. Daarnaast wordt met de afgeschoren haren veel infectieus materiaal verwijderd.

Bij een schimmelinfectie is ook vaak sprake van een huisbesmetting. In huis moeten ook extra bestrijdingsmaatregelen genomen worden. Dit kan met speciale middelen (sprays) om de infectie hier weg te krijgen.

Bij een schimmelinfectie moet het effect van de behandeling goed gecontroleerd worden. Dit kan door herhaald te kweken, om vast te stellen of de schimmel echt weg is. Als dat niet goed gebeurt is het risico dat de problemen zich herhalen erg groot. Bij een besmettelijke aandoening als schimmel worden ook de eventuele contactdieren gecontroleerd en zo nodig meebehandeld.

Voor de behandeling van infecties met schimmels of gisten kunt u terecht bij de afdeling Dermatologie van de Universiteitskliniek voor Gezelschapsdieren.

Risico’s en nazorg

Alle voor te schrijven middelen zijn voor dit doel officieel goedgekeurd en geregistreerd. De risico’s van de behandeling zijn minimaal en er is geen speciale nazorg nodig.